Accepteer cookies

KNZB.nl gebruikt cookies om u een optimale gebruikerservaring te bieden.

Als u wilt aanpassen welke cookies we mogen gebruiken, kunt u zelf uw instellingen wijzigen.

Meer informatie over privacy en cookies.

KNZB

  • English
  • contact
  • inloggen

  • Alles over zwemmen
    • Zwemveiligheid
      Nationaal Plan Zwemveiligheid
      SuperSpetters
    • Zwem4daagse
    • Mijnzwemcoach
  • Vereniging & wedstrijdsport
    • Bestuur & Organisatie
      Accommodatiezaken
      Administratie & Software
      Bestuur
      Code Blauw
      Financien & verzekeringen
      Kader
      Kennisacademie
      Ledenwerving en -behoud
      Marketing & Communicatie
      Privacywetgeving/AVG
      Samenwerking
      Sportaanbod
      Verenigingsondersteuning
    • Opleidingen
      Algemene informatie
      Agenda (bij)scholingen
      De Edubus
      Licentiebeleid
      Official opleidingen
      Opleidingen bestuurlijk kader
      Opleiding niveau 1,2 en 3
      Opleiding niveau 4
      Opleiding niveau 5
      Veelgestelde vragen
    • Wedstrijdsport
      Algemene wedstrijdzaken
      Beachwaterpolo
      Openwaterzwemmen
      Para-zwemmen
      Schoonspringen
      Sportmodel
      Synchroonzwemmen
      Waterbasketbal
      Waterpolo
      Webkalender
      Zwemmen
  • Evenementen & TeamNL
    • Evenementen
      Organisatie
      Ticketshop
      Vrijwilligers
      World League waterpolo
    • TeamNL
      TeamNL Zwemmen
      TeamNL Open Water Zwemmen
      TeamNL Schoonspringen
      TeamNL Synchroon
      TeamNL Waterpolo
      TeamNL Para-zwemmen
    • Activiteiten
no image
HomeVereniging & wedstrijdsportWedstrijdsportSchoonspringenBepalingen schoonspringen

1. Schoonspringreglement en almanak

  • 1.1 F-reglement schoonspringen

    Link naar het KNZB F-reglement schoonspringen

  • 1.2 Voorbeelden van spronggroepen

    De tekeningen van de sprongen dienen zuiver als voorbeeld.  
    Voorover – 101 C    zweef voorover gehurkt van de 1 meter plank [101C]
    101C
    Achterover – 201 B      zweef achterover gehoekt van de 1 meter plank [201B]

    201B
    Contra – 301 A      contra zweefsprong gestrekt van de 1 meter plank [301A]
    301A
    Binnenwaarts – 403 B         anderhalve salto binnenwaarts gehoekt van de 1 meter plank [403B]

    403B
    Schroef – 5132 D     anderhalve salto voorover met hele schroef in de vrije houding van 1 meter plank [5132D]
    5132D
    Handstand – 612 B       handstand met één salto voorover gehoekt van het 10 meter platform [612B]
    612B

  • 1.3 Schoonspring almanak

    Almanak schoonspringen 2021-2022 versie 3 1 april 2022

    In deze versie is de leerlijn schoonspringen voor beginners verwerkt en de aanpassingen van de finale van het KNZB Jeugdcircuit . De leerlijn gevorderde spring(st)ers volgt zodra deze is gepubliceerd.

2. Houding van springers, trainers en officials tijdens evenementen

  • 2.1 Algemeen

    In de loop der tijd zijn er bij het schoonspringen geschreven en ongeschreven regels ontstaan als het gaat om de organisatie en het verloop van wedstrijden. Daardoor is het mogelijk vrij efficiënt en soepel wedstrijden te organiseren die niet langer duren dan strikt noodzakelijk. Daarbij wordt toch maximaal rekening wordt gehouden met de wensen en de prestaties van de springers. In dit stukje worden de belangrijkste aandachtspunten nog eens op een rijtje gezet. Daarbij is een indeling gemaakt naar de verschillende groepen die te maken hebben met de wedstrijd. Gekozen is voor een vorm waarin wordt aangegeven wat je wel doet en wat je niet doet. Het is een leidraad en hulpmiddel. Belangrijkste doel blijft om door wederzijds respect een goede gezellige sfeer te creëren zodat de spring(st)ers optimaal kunnen presteren. In alle vier de zwemsporten van de KNZB gelden gelijksoortige regels, met name als het om de houding ten opzichte van de scheidsrechter en officials gaat.

  • 2.2 Voor de springer

    1.   Ik help er aan mee dat een evenement of wedstrijd soepel kan verlopen:
    a.     Daarom ben ik op tijd in het zwembad aanwezig.
    b.    Volg ik de aanwijzingen van de scheidsrechter of de organisatie op zonder tegen te spreken.
    c.     Ben ik op tijd bij de plank zodat ik direct na de vorige springer klaar kan gaan staan.
    d.     Ga ik op de plank staan en zet de rol goed zodra de vorige springer in het water is.
    e.    Neem ik tijdens het inspringen niet te veel tijd om mijn sprong te maken zodat ook andere springers aan de beurt kunnen komen.
    f.     Ik weet dat inspringen is bedoeld om de plank te leren kennen en niet als training om alsnog een sprong te leren.

    2.   Ik hinder andere springers niet tijdens hun sprong:
    a.     Daarom ga ik niet op de plank of op het plateau achter de plank staan als de springer voor mij nog moet springen.
    b.    Ik maak ook geen overbodig geluid als ik niet aan de beurt ben.
    c.     Ik loop ook niet achter de plank langs als een springer voor achterwaarts of binnenwaarts klaar staat, dan wacht ik even tot zij/hij heeft gesprongen.

    3.   Ik geef de jury de mogelijkheid om zo goed mogelijk te functioneren:
    a.     Daarom loop ik niet voorlangs de jury tijdens een wedstrijd.
    b.    Maak ik geen hinderlijk lawaai in de buurt van de juryleden zodat zij zich kunnen concentreren.
    c.     Blijf ik weg van de jurytafel met het secretariaat zodat zij hun werk in alle rust kunnen doen.
    d.    Zal ik nooit luid hoorbaar voor het publiek negatief afgeven op juryleden, scheidsrechter of de beoordelaars.
    e.     Als ik een protest wil indienen loop ik daarvoor naar de scheidsrechter die ik rustig te woord sta.
    f. Ben ik stil als de cijfers worden opgelezen en tijdens de aankondiging van de sprong van de volgende springer.

    4.   Veiligheid is voor het springen heel belangrijk:
    a.     Daarom spring ik nooit zomaar voor een plank of platform in het water.
    b.    Ook zwem ik nooit zomaar voorlangs een plank of platform.
    c.     Als ik inspring van de toren doe ik dit alleen als de trainer die daarvoor is aangewezen aangeeft dat ik mag springen. En dan nog let ik op dat er niemand onder het platform is of ook springt. Zeker als er twee platformen boven elkaar liggen.

  • 2.3 Voor de trainer

    1.   Ik help er aan mee dat een evenement of wedstrijd soepel kan verlopen:
    a.     Daarom zorg ik ervoor dat mijn springers op tijd zijn.
    b.    Ik ondersteun de scheidsrechter en de organisatie actief als zij de springers iets vragen door er op te letten dat mijn springers de aanwijzingen opvolgen. Als zij dit niet doen corrigeer ik hun (ook als ik niet direct weet waarom de scheidsrechter of de organisatie ergens om vraagt!).
    c.     Ik zorg ervoor dat mijn springers op tijd bij de plank zijn als zij aan de beurt zijn in een wedstrijd en dat zij niet in de weg lopen van de juryleden. Ik zorg er ook voor dat mijn springer de voorgaande springer niet stoort.
    d.    Ik zorg ervoor dat mijn springers die niet aan de beurt zijn geen lawaai gaan maken en de wedstrijd niet verstoren.
    e.     Ik weet dat inspringen bedoelt is om de plank te leren kennen en niet als training om een sprong te leren.
    f.     Ik weet dat een springer op de plank moet gaan staan voordat de scheidsrechter de sprong mag aankondigen, ik zorg er dan ook voor dat de springer dit weet zodat de wedstrijd niet wordt vertraagd.

    2.   Ik hinder andere trainers en springers niet tijdens een evenement of wedstrijd:
    a.     Daarom loop ik of lopen mijn springers niet achter de plank langs als een springer voor achterwaarts of binnenwaarts klaar staat. Ik leer mijn spring(st)ers dat zij wachten tot de andere springer heeft gesprongen.
    b.    Ik zorg ervoor dat mijn springer niet op de plank of het platform achter de plank staat als de springer voor haar/hem nog moet springen.
    c.     Ik maak ook geen overbodig geluid als een springer moet springen.

    3.   Ik geef de jury de ruimte om zo goed mogelijk te functioneren:
    a.     Daarom ga ik niet vlakbij de jury staan om mijn springer aan te moedigen of aanwijzingen te geven.
    b.    Daarom loop ik niet voorlangs de jury tijdens een wedstrijd.
    c.     Ook maak ik geen hinderlijk lawaai in de buurt van de juryleden zodat zij zich kunnen concentreren op de sprong.
    d.    Ik blijf weg van de jurytafel met het secretariaat zodat zij hun werk in alle rust kunnen doen, ook als een wedstrijdonderdeel is afgelopen loop ik niet naar het secretariaat voor een tussen uitslag.
    e.     Zal ik nooit hoorbaar voor mijn springers of het publiek negatief afgeven op de scheidsrechter of de juryleden.
    f.     Als ik een protest wil indienen loop ik daarvoor naar de scheidsrechter die ik rustig te woord sta, dit doe ik ook als ik het ergens niet mee eens ben.
    g.  Ik weet dat de scheidsrechter bevoegd is aanwijzingen te geven en zal die vanzelfsprekend direct opvolgen ook als mij niet direct duidelijk is waarom de aanwijzing wordt gegeven.

    4.   Veiligheid is voor het springen heel belangrijk.
    a.     Daarom houd ik altijd toezicht op wat mijn springers doen.
    b.    Als dat nodig is zorg ik er ook voor dat andere springers veilig bezig zijn.
    c.     Bij het inspringen van de toren spreek ik met de andere trainers af hoe wordt aangegeven

  • 2.4 Voor de official/organisatie

    1.   Ik help er aan mee dat een evenement of wedstrijd soepel kan verlopen:
    a.     Daarom zorg ik ervoor dat ik op tijd aanwezig ben zodat ik kan deelnemen aan de juryvergadering.
    b.    Ik zorg ervoor dat ik tijdig naar mijn plaats ga als ik moet jureren of schrijven.
    c.     Ik ondersteun de scheidsrechter en de organisatie actief met het in goede banen leiden van de wedstrijd.

    2.   Ik zorg voor een positieve houding tijdens het gehele evenement of de wedstrijd:
    a.     Daarom concentreer ik mij als ik jureer alleen op de wedstrijd en de verrichtingen van de springer die aan de beurt is en laat ik mij niet afleiden door anderen.
    b.    Als ik jureer praat ik niet met anderen en zorg ervoor dat de springer die aan de beurt is ziet dat ik geïnteresseerd ben in wat hij/zij gaat doen. Ik zit dus rechtop en ga niet rond kijken.
    c.     Ik ben KNZB official en geen verenigingsofficial en treedt daarom onpartijdig op.
    d.    Waar nodig ondersteun ik de scheidsrechter en de organisatie met het goede verloop van de wedstrijd.
    e.     Ook tussen de wedstrijdonderdelen in blijf ik aanspreekbaar als onpartijdig official.

    3.   Ik ben tussen de series door aanspreekbaar op mijn jureren:
    a.     Als een mede jurylid of een springer na afloop van een wedstrijdonderdeel vraagt om uitleg over een cijfer geef ik daar serieus antwoord op.
    b.    Ik zal mij onthouden van het geven van mijn (negatieve) mening over het functioneren van andere officials aan anderen dan de betreffende official zelf.
    c.     Als ik vraagtekens heb bij de keuzen van andere juryleden spreek ik die daar na afloop van een onderdeel zelf op aan en vraag hem of haar om een toelichting.

    4.   Veiligheid is voor het springen heel belangrijk:
    a.     Daarom zal ik altijd ingrijpen in geval dat ik een gevaarlijke situatie constateer. Ik vertel dit ook aan de organisatie zodat zij daar gepast actie op kunnen nemen.
    b.    Als dat nodig is zorg ik er ook voor dat andere springers veilig bezig zijn.

3. Wedstrijden, startvergunningen, official en boetebeleid

  • 3.1 Algemeen

    Net als bij de andere sporttakken van de KNZB gelden er voor schoonspringwedstrijden een aantal regels.
    Dit zijn regels over het melden van wedstrijden, het verzenden van een proces verbaal van wedstrijden en over de startvergunningen die spring(st)ers moeten hebben als zij deelnemen aan specifieke wedstrijden. Indien niet de hand wordt gehouden aan de regels wordt een administratieve boete opgelegd.
    Deze regels zijn opgenomen in de diverse reglementen van de KNZB die te vinden zijn op de internetpagina Reglementen. De belangrijkste reglementen voor het schoonspringen zijn het Sportreglement C en het Schoonspringreglement F.

  • 3.2 Melden van wedstrijden

    a.     Voor het melden van wedstrijden in Nederland moet gebruik worden gemaakt van de geautomatiseerde webkalender op de site van de KNZB, Het proces verbaal met de uitslagen dienen ook met behulp van de webkalender binnen vijf dagen na de wedstrijd te worden ingediend. Als een vereniging of een Regio een open wedstrijd organiseert waaraan leden van andere verenigingen deel mogen nemen moet die wedstrijd worden gemeld.
    b.    Voor deelname aan wedstrijden in het buitenland moet gebruik worden gemaakt van het Meldingsformulier deelname aan wedstrijden in het buitenland.
    c.     Voor een clubkampioenschap, waaraan geen springers van andere verenigingen deelnemen, hoeft geen melding te worden ingediend. Als er een open inschrijving is voor andere verenigingen aan het clubkampioenschap dus wel! Als de vereniging in gebreke blijft legt de KNZB een administratieve boete op.
    d.    Wedstrijden die worden georganiseerd door of namens de KNZB hoeven niet te worden gemeld. Dit zijn het NK-A, NJK, het NMK en de KNZB jeugdcircuitwedstrijden.
    e.    Regio-schoonspringwedstrijden moeten worden gemeld door de organiserende Regio. Ook de wedstrijden voor niet-startvergunninghouders. Indien de Regio in gebreke blijft legt de KNZB een administratieve boete op.

  • 3.3 Proces verbaal van een wedstrijd

    Na afloop van een wedstrijd in Nederland dient de organisatie van een wedstrijd binnen 5 dagen een proces verbaal te uploaden in het wedstrijdregistratiesysteem van de zwembond, eventueel door tussenkomst van het bondsbureau.

    Dit proces verbaal dient volgens het Schoonspringreglement F19.2 de volgende gegevens te bevatten:
    ●    de naam van de organiserende instantie, het zwembad waarin de wedstrijden plaatsvonden, alsmede de datum van de wedstrijden;
    ●    de namen en bevoegdheden van de juryleden met vermelding van de wedstrijdonderdelen, waarbij zij hebben gefungeerd;
    ●    de namen van de deelnemers, hun startvergunningnummers (bij wedstrijden voor deelnemers zonder startvergunning alleen het geboortejaar als de deelnemer niet in het bezit van een startvergunning is) en de namen van hun verenigingen;
    ●    de wedstrijdonderdelen met vermelding van springplank- of platform­hoogte;
    ●    de eindvolgorde van de deelnemers per wedstrijdonderdeel met vermelding van eventuele prijzen;
    ●    bijzonderheden door de scheidsrechter te vermelden indien van toepassing.

    Na afloop van een wedstrijd in het buitenland stuurt elke Nederlandse vereniging binnen 14 dagen na terugkeer een verslag van de wedstrijd naar het bondsbureau. Als meer verenigingen deelnemen aan dezelfde internationale wedstrijd kunnen zij onderling afspreken dat één van hen het proces verbaal van die wedstrijd indient. Elke vereniging apart blijft verantwoordelijk voor de tijdige indiening van het verslag. Ook dit verslag bevat dezelfde gegevens als voor een proces verbaal van een Nederlandse wedstrijd.

    Administratieve boetes voor het niet of te laat melden van wedstrijden en het niet tijdig of onvolledig inzenden van een proces verbaal worden opgelegd door het bondsbestuur waarbij het bondsbureau verantwoordelijk is voor de uitvoering.

  • 3.4 Startvergunning

    In principe moet iedereen die deelneemt aan een wedstrijd schoonspringen in het bezit zijn van een (dag‑)startvergunning, tenzij de springer jonger is dan 6 jaar. Omdat startvergunningen via het systeem sportlink van de KNZB kunnen worden geregeld door de vereniging zelf is het altijd mogelijk ervoor te zorgen dat de startvergunning vóór de wedstrijd bekend is. In het systeem sportlink moet voor schoonspringwedstrijden tevens worden aangegeven dat de startvergunning wordt gebruikt voor het schoonspringen.

    Voor welke wedstrijden heb je een startvergunning nodig:
    ●  Voor deelname aan alle internationale wedstrijden.
    ●  Voor deelname aan alle door of namens de KNZB georganiseerde wedstrijden. NK-A, NJK, O-NMK, NMK.
    ●  Selectiewedstrijden voor de Nationale ploeg van de KNZB.
    ●  Voor deelname aan alle wedstrijden georganiseerd door een Regio met uitzondering van wedstrijden voor niet-startvergunning-houders. Voorbeelden zijn (Open) Regiokampioenschappen en Landelijke leeftijdsgroepen wedstrijden.
    ●  Voor deelname aan wedstrijden georganiseerd door verenigingen met een open inschrijving voor andere verenigingen.Voorbeelden zijn 6-kamp wedstrijden, diplomaspringen, Sinterklaaswedstrijd in Nieuwegein, enz. 

    Geen startvergunning is nodig voor:
    ● Deelname aan het KNZB jeugdcircuit.
    ● Een door een regio georganiseerde wedstrijd als in de uitnodiging is opgenomen dat niet-startvergunninghouders mogen deelnemen.
    ● Verenigingswedstrijd waaraan alleen spring(st)ers van de eigen vereniging deelnemen.

    Belangrijk is dat de lijst van wedstrijden waaraan mag worden deelgenomen zonder startvergunning een limitatieve lijst is. Als een wedstrijd niet voldoet aan de criteria van deze lijst moet een deelnemer in het bezit zijn van een (dag-) startvergunning. 
    Voorbeelden hiervan zijn de Novice-onderdelen van een Masterswedstrijd. Als er twijfel is kan er contact worden opgenomen met de taakgroep reglementen schoonspringen.

  • 3.5 Officials

    Het is verenigingsleden van de KNZB niet toegestaan te fungeren als official zonder dat zij of hij in het bezit is van de juiste jurybevoegdheid (T, 6 en/of 5). Hierop is één uitzondering, namelijk het praktijkexamen om in aanmerking te komen voor een officialbevoegdheid. In alle andere gevallen dat iemand als official optreedt zonder bevoegdheid wordt een administratieve boete opgelegd.

  • 3.6 Controle en administratieve boetes

    De KNZB draagt, door tussenkomst van de controlefunctionaris schoonspringen, zorg voor het uitvoeren van de controle.

    Boetes in verband met het te laat melden van wedstrijden en uitslagen worden geautomatiseerd gegenereerd door tussenkomst van de webkalender.

  • 3.7 Springlijst downloads

    SPRINGLIJST individueel (leeg)
    SPRINGLIJST synchroon 11 juryleden (leeg)

4. Leeftijdsgroepen en sportnationaliteit

  • 4.1 Leeftijdsgroepen
    Leeftijdsgroep kalenderjaar 2022 geboren in Kalenderjaar 2023 geboren in
    Leftijdsgroep E 2013 en later 2014 en later

    Leeftijdsgroep D

    (Als er geen apperte E groep is)

    2011 en 2012 

    (2011 en later)

    2012 en 2013

    (2012 en later)

    Leeftijdsgroep C

    (Als er geen aparte D en E groep is)

    2009 en 2010 

    (2009 en later)

    2010 en 2011

    (2010 en later)

    Leeftijdsgroep B 2007 en 2008 2008 en 2009
    Leeftijdsgroep A 2004, 2005 en 2006 2005, 2006 en 2007
    Leeftijdsgroep S 2003 en eerder 2004 en eerder
    Leeftijdsgroep masters (NL incl 19 jaar) 2003 en eerder 2004 en eerder
    Leeftijdsgroep masterd (FINA vanaf 25 jaar 1997 en eerder 1998 en eerder
  • 4.2 Sportnationaliteit

    Een spring(st)er bezit de “Nederlandse sportnationaliteit” indien:

    • Hij of zij in het bezit is van de Nederlandse nationaliteit en nog nooit is uitgekomen voor een Nationaal team van een ander land.
    • Hij of zij niet de Nederlandse nationaliteit bezit en ten minste 6 maanden in het bezit is van een startvergunning van de KNZB én nog nooit is uitgekomen voor een Nationaal team van een ander land.
    • Indien een springer, die in het bezit is van de Nederlandse Nationaliteit, in het verleden is uitgekomen voor een nationaal team van een ander land (en daarom de sportnationaliteit van dat land heeft) kan hij of zij het bondsbestuur vragen alsnog de Nederlandse sportnationaliteit te krijgen. Die spring(st)er mag na verkrijgen van de Nederlandse sportnationaliteit niet meer uitkomen voor een Nationaal team van een ander land. Dit verzoek kan worden ingediend nadat betrokken spring(st)er ten minste 6 maanden in het bezit is van een KNZB startvergunning.

    Een spring(st)er verliest per direct de Nederlandse sportnationaliteit als hij of zij uitkomt in het nationaal team van een ander land.

5. Prestatiemedailles en diplomaspringen

  • 5.1 KNZB prestatiemedailles aanvragen

    Behalen van een prestatiemedaille:
    Jaarlijks komt een spring(st)er in aanmerking voor één prestatiemedaille. Deze medaille kan worden behaald bij jeugd wedstrijden waarin het NJK programma voor de leeftijdscategorieën C, B of A is gesprongen. Bij een alle leeftijden wedstrijd waarin het NK-programma is gesprongen. Of een masterwedstrijd waarin het NMK programma voor de betreffende leeftijdsgroep is gesprongen. Als je als jeugdspringer in een hogere leeftijdsgroep springt kan je op basis van de score in die wedstrijd ook een prestatiemedaille halen. Voor masters geldt dat je het aantal NMK sprongen van de "eigen" leeftijdsgroep moet hebben gesprongen. Je komt in aanmerking voor de hoogste medaille goud, zilver of brons.

    Aanvragen:
    In de maand januari, kunnen de verenigingen prestatiemedailles aanvragen bij de KNZB. In deze aanvraag dient de naam van de springer, de wedstrijd, de uitslag en de datum worden gemeld. Er kan maar één prestatiemedaille Goud, Zilver of Brons worden aangevraagd per kalender jaar per springer. De gouden prestatiemedaille is gratis, de overige prestatiemedailles moeten betaald worden en hiervoor wordt door de KNZB een factuur gezonden naar de penningmeester. 
     
    De prestatiemedailles kunnen tot uiterlijk 4 april 2022 via een mail naar schoonspringen@knzb.nl besteld worden.

    Systematiek van berekenen van de scores:
    Voor het betreffende wedstrijdonderdeel wordt uitgegaan van het sprongen programma van het NK, NJK en NMK. Er wordt gewerkt met een moeilijkheidsfactor per sprong afhankelijk van leeftijd (C, A, B apart, Alle leeftijden apart en per mastersleeftijdsgroep apart) en onderdeel (1m, 3m of Toren). Jongens/heren en meisjes/dames zijn gescheiden. Bij het synchroonspringen wordt voor de eerste twee sprongen de mf 2,0 genomen. De Mf wordt vermenigvuldigd met het aantal sprongen en 3x het jurycijfer voor de betreffende medaille (bv. 5,0  voldoende- voor brons).

  • 5.2 Tabel prestatiemedailles individueel

    Prestatiemedailles2019

  • 5.3 Tabel prestatiemedailles synchroon

    PrestatiemedaillesSyn2019

  • 5.4 Tabel prestatiemedailles Masters individueel

    Mastersindividueelprestatiemedaille

  • 5.5 Tabel prestatiemedailles masters synchroon

    Masterssynchroonprestatiemedaille

  • 5.6 Tabel diplomaspringen

    Er zijn aparte tabellen voor meisjes en jongens. De tabellen zijn afgeleid van de sprongprogramma's van het NK.

    Tabel Meisjes
    DiplomaspringenMeisjes

    Tabel Jongens
    DiplomaspringenJongens

6. Het Wilhelmus

  • Wanneer wel of niet spelen van het Wilhelmus

    Er zijn nogal eens vragen over het spelen van het Wilhelmus voor wedstrijden en evenementen.
    Daarom een overzicht van wanneer het Wilhelmus mag worden gespeeld en wanneer in ieder geval niet.

    Voor leden van het Koninklijk huis:
    Bij wedstrijden en evenementen waarbij een lid van de Koninklijke familie officieel aanwezig is op het moment dat hun officiële entree van het wedstrijdterrein of bij het evenement plaats vindt kan het Wilhelmus worden gespeeld als start van de officiële aankomst voorafgegaan door het verzoek dat iedereen gaat staan en de aankondiging van het lid van het Koninklijk huis.
    “Geachte aanwezigen, ik wil U vragen te gaan staan voor de aankomst van … …en het spelen van het Wilhelmus.”

    Officiële openingsceremonie:
    Het Wilhelmus mag worden gespeeld bij internationale of grote nationale wedstrijden en evenementen als start van de openingsceremonie. Eventueel zodra de deelnemers hun opmars hebben afgerond en zijn opgesteld langs de zijden van het zwembad indien dit helemaal aan het begin van de ceremonie is. Grote evenementen bij het schoonspringen zijn het NJK en NK-Al-in. Voor kleinere wedstrijden is het niet verboden het Wilhelmus te spelen aan het begin van de openingsceremonie. Dit is echter niet gebruikelijk.

    Bij prijsuitreikingen:
    Bij het uitreiken van medailles tijdens internationale wedstrijden kan het volkslied van het land van de ontvanger van de gouden medaille worden gespeeld op het moment dat hij/zij op het podium staat en alle medailles zijn uitgereikt.

    Geen Wilhelmus:
    Bij medaille uitreikingen van wedstrijden en evenementen met alleen Nederlandse wedstrijddeelnemers mag het Wilhelmus niet worden gespeeld tijdens de prijsuitreiking.

  • Actueel
    • Agenda
    • Nieuws
    • Aanmelden nieuwsbrieven
    • Archief nieuwsbrieven
    • Goede voorbeelden in coronatijd
  • De KNZB
    • Algemene Ledenvergadering
    • Bestuur en commissies
    • Bestuurlijke ontwikkeling
    • Bondsbureau
    • De zwemsporten
    • Media
    • Partners, sponsors en suppliers
    • Regio
    • Reglement & Protocol
    • Strategie & beleid
    • Verenigingen
    • Vertrouwenscontactpersoon
    • Zwembad Zeist
  • Webshop
    • KNZB producten
    • KNZB-ID
    • Verzending en levertijden
    • Retourneren
    • Veelgestelde vragen
    • Contact
Wedstrijdsport
Algemene wedstrijdzaken
Tucht, beroeps- en protestzaken
Veel gestelde vragen Tucht/Beroepszaken
Uitspraken Tuchtcommissie
Uitspraken Protestcommissie
Uitspraken Commissie van Beroep
2022
2021
2020
2019
2018
2017
Uitspraken ISR
Straftabel
Medische zaken/doping
Doping
Medisch
Sporten en griep
Incidentie
Sportkeuring
Zorgverzekering
Weersomstandigheden
Beachwaterpolo
Openwaterzwemmen
Algemene informatie
Organiseren van een wedstrijd
Zwemmen in buitenwater
Deelnemen aan wedstrijden
Virtueel openwaterzwem Circuit
Sponsor- en prestatietochten
Kampioenschappen
Wedstrijdkalender
Uitslagen & klassementen
Taakgroep & Officialzaken
Prestatie- en herinneringsmedailles
Samenwerking met Ned. Triathlonbond
Para-zwemmen
Algemene informatie
Downloads & Links
Nationale classificaties
Minimale handicapseisen
Sportklassen
Exception codes
Aanmelden nationale classificatie
Data nationale classificatie
Herkeuring uitzonderlijke situaties
Masterlist
Klachtenprocedure nationale classificatie
Privacyverklaring nationale classiificaties
Veel gestelde vragen over nationale classificatie
Sporten met een auditieve beperking
Algemene informatie
Persbericht Integratie in gang gezet
Ongehoord sportief in het nieuws
Toelichting beperkingen
Schoonspringen
Bepalingen schoonspringen
Kalender 2021-2022
Kalenders eerdere seizoenen
Kalender 2020-2021
Kalender 2019-2020
Kalender 2018-2019
Kalender 2017-2018
Kalender 2016-2017
KNZB Jeugdcircuit
Masters
NK schoonspringen
Leerlijn schoonspringen
Opleidingen & bijscholingen
Onderscheidingen & prestaties
OS schoonspringers
WK schoonspringers
Nederlands kampioenen schoonspringen
Uitslagen N(J)K
Vrijwilligersonderscheidingen schoonspringen
Topsportonderscheidingen
Prestatiemedailles
Topsport schoonspringen
Wat is schoonspringen?
X-Diving
Sportmodel
Synchroonzwemmen
Competities & Kampioenschappen
Masters
Meerjaren Opleidingsplan
Prestatiemedailles
Topsport en talentontwikkeling
Nationale Selecties
Prestatie-eisen internationale toernooien
Statussen & talentprofielen
Talentontwikkeling
Instroom & doorstroom
Waterbasketbal
NK Waterbasketbal
Vervoersvoorzieningen
Waterpolo
Veelgestelde vragen Waterpolo
Spelregelvragen
Competities
KNZB Beker I
ManMeer!-Cup
Sportlink
Verenigingen portal
Scheidsrechtersportal
Digitaal Wedstrijd Formulier (DWF)
Studenten Waterplocompetitie
Historie standen en uitslagen
Kampioenschappen
Programma en uitslagen
Wedstrijden
Verenigingen
Teams
Poules
Officials
Locaties
Talentontwikkeling
Officials
Scheidsrechterportal
Spelregels
Rapportages
Campagne Waterpolo Officials
Diverse formulieren
Internationale waterpolo transfer (ITC)
OldStars
Webkalender
Veelgestelde vragen
Zwemmen
Actieplan zwemmen 2021-2024
Algemene informatie
Competities & Circuits
KNZB Zwemcompetitie
Tussenstanden
Competitiepartners gezocht
Lange Afstand Circuit
Minioren wedstrijden
Parazwemcompetitie
Kampioenschappen & topsport zwemtoernooien
Masters zwemmen
NL-zwemmers in het buitenland
Officials & reglementszaken
Prestatie- en herinneringsmedailles
Records, ranglijsten & klassementen
Minioren circuit
Vul inschrijvingsbestand
Plaatsingslijsten Junioren NJK
Software en downloads
Topsport & talentontwikkeling
Talentontwikkeling
Testdagen
Open Water
Paralympische selecties
Kwalificatieprocedures internationale evenementen
FINA Worldcups
Wedstrijdkalender
Veelgestelde vragen
  • Disclaimer
  • Sitemap
  • Privacy
  • Cookies
  • Contact
  • Copyright © 2022 KNZB