De Week van de Scheidsrechter; Waterpoloscheidsrechter Robert Nederlof aan het woord
In de Week van de Scheidsrechter zetten we van alle disciplines een scheidsrechter, official of jurylid in het zonnetje. Lees ook het verhaal van waterbasketbalscheidsrechter Dolf van der Meulen.
Waterpoloscheidsrechter Robert Nederlof (31) heeft in kort tijdsbestek grote stappen gemaakt. In het seizoen 22/23 floot hij nog op het laagste bondsniveau (toen 3e divisie heren / 2e divisie dames), doorliep een begeleidingstraject en fluit dit seizoen voor het eerst in de Eredivisie. Robert vertelt over zijn aanpak: hoe je onopvallend maar consequent een wedstrijd leidt, snel afwegingen maakt en samen met je collega’s het spel naar een hoger niveau tilt.
Het mooie van scheidsrechter zijn is dat je, wanneer je een wedstrijd goed leidt, echt kunt bepalen hoe spelers, coaches en publiek de wedstrijd ervaren. Als scheidsrechter probeer je continu het spel zo natuurlijk mogelijk te laten verlopen, zonder te veel op de voorgrond te treden. Tegelijkertijd moet je strak en resoluut optreden wanneer dat nodig is. Er is niets mooier dan wanneer spelers na afloop naar je toekomen en zeggen dat je “lekker gefloten” hebt en dat ze daardoor fijn hebben kunnen spelen, ook al hebben ze verloren.
In onze mooie sport is het voor scheidsrechters bijna onmogelijk om alles goed te zien, er gebeurt immers veel onder water. Het is daarom erg belangrijk dat je als scheidsrechter ervoor zorgt dat het fluiten op een begrijpelijke en consequente manier gebeurt. Er is niets zo vervelend voor spelers als wanneer zij niet weten waar ze aan toe zijn, dat leidt vaak tot frustratie. De toegestane kaders moeten vanaf de eerste seconde duidelijk zijn.
Ik ben van nature pietje precies en let goed op de regels. Dat is soms ook nodig in onze snelle en dynamische sport. Tegelijkertijd is het belangrijk dat je als scheidsrechter niet fluit voor onzinnige zaken, ook als iets volgens de regels een overtreding is, en dat je altijd afweegt of een overtreding er daadwerkelijk toe doet. Het is leuk, maar het kan ook een uitdaging zijn om gedurende de hele wedstrijd dit soort afwegingen razendsnel te maken. Hoe hoger je fluit, hoe belangrijker dit wedstrijdmanagement wordt.
Wat bijzonder is aan waterpolo, is dat je altijd met z’n tweeën bent. Dit vergt afstemming met je collega, maar het mooie is dat je elkaar kunt aanvullen en zo samen de wedstrijd naar een hoger niveau kunt tillen. Eerlijkheid en openheid naar elkaar zijn daarbij belangrijk, evenals duidelijke communicatie richting spelers en coaches. Persoonlijk vind ik het belangrijk om na afloop eventuele fouten met collega’s, coaches en spelers te bespreken, zodat de samenwerking tussen alle betrokkenen verbetert.
